Planten om ongedierte af te schikken en biologische gewasbescherming met kruiden

Het afschrikken van ongedierte door planten werkt op twee manieren: Of het ongedierte wordt door de plant verdreven, of echter aangetrokken en zo afgeleid. Verantwoordelijk hiervoor zijn de geurstoffen, die deze plant uitwasemt en die waardoor de plaaggeesten of afschrikken of aantrekkelijk werken.

Lavendel plant men bijvoorbeeld graag naast rozen, om bladluizen weg te houden. Oost-Indische kers plant men echter, zodat de bladluizen deze planten bewonen en daarvoor de naburige gewassen ontzien.

Kamille, leliën, meisjesoog, goudsbloem, zonnehoed, afrikaantjes bestrijden nematoden. Bijenvriend (Phacelia), gele lupine (Lupinus), boekweit (Fagopyrum), rode klaver (Trifolium), winterkoolzaad (Brassica napus), zonnebloem (Helianthus), inkarnaat klaver (Trifolium incarnatum) en winterrogge (Secale) functioneren als groenbemesting en verbeteren de bodemstructuur.

Sommige planten zijn ook uitstekend geschikt, om spuitvloeistoffen of vloeibare mest te maken, die insecten tegenhouden - andere wederom houden eenvoudig door hun aanwezigheid in de tuin muggen, wespen of andere insecten weg van de mensen en in het bijzonder van buitenshuis geconsumeerd voedsel.



Artikel 21 - 40 van 54